MindMap Gallery Stappenplan P-HAVO
This is a mind map about Stappenplan P-HAVO,Main content: 1. Praktijk-probleem,Onderzoeksschema,9. Reflectie op het project,7. Pitch,8. Beoordeling,6. Product,5. Onderzoek (2) het kennisprobleem,4. Onderzoek (1) het onderzoeksprobleem,3. Planning en taakverdeling,2. Project-eisen en andere kaders.
Edited at 2025-01-02 07:29:54This is a mind map about Stappenplan P-HAVO,Main content: 1. Praktijk-probleem,Onderzoeksschema,9. Reflectie op het project,7. Pitch,8. Beoordeling,6. Product,5. Onderzoek (2) het kennisprobleem,4. Onderzoek (1) het onderzoeksprobleem,3. Planning en taakverdeling,2. Project-eisen en andere kaders.
The mind map delves into several essential visual components found within successful artworks, emphasizing how color choices can evoke specific feelings among viewers and demonstrating how thoughtful composition guides eye movement throughout a piece to create more compelling imagery.
The mind map on "beeldende begrippen" delves into the fundamental concepts of visual art. From the use of color and the emotions it conveys, to the principles and techniques of composition, and the introduction of creative techniques and materials, these concepts collectively form the cornerstone of visual art creation.
This is a mind map about Stappenplan P-HAVO,Main content: 1. Praktijk-probleem,Onderzoeksschema,9. Reflectie op het project,7. Pitch,8. Beoordeling,6. Product,5. Onderzoek (2) het kennisprobleem,4. Onderzoek (1) het onderzoeksprobleem,3. Planning en taakverdeling,2. Project-eisen en andere kaders.
The mind map delves into several essential visual components found within successful artworks, emphasizing how color choices can evoke specific feelings among viewers and demonstrating how thoughtful composition guides eye movement throughout a piece to create more compelling imagery.
The mind map on "beeldende begrippen" delves into the fundamental concepts of visual art. From the use of color and the emotions it conveys, to the principles and techniques of composition, and the introduction of creative techniques and materials, these concepts collectively form the cornerstone of visual art creation.
No relevant template
Stappenplan P-HAVO
1. Praktijk-probleem
Samen de opdrachtgever heb je een praktijkprobleem uitgekozen waar een mogeleijke oplossing voor gevonden moet worden. Om tot een succesvolle oplossing te komen moeten de volgende 9 stappen ondernomen worden.
Lees eerst de opdracht goed door en bespreek deze opdracht in je groep.
Maak een mindmap of gebruik een andere manier om te brainstormen over de opdracht.
Bespreek de verschillende ideeën en maak een top 3 van de meest bruikbare. Het is erg belangrijk dat iedereen het eens is met de uiteindelijke oplossing die je wil gaan gebruiken.
2. Project-eisen en andere kaders
Organisatie. Voordat jullie echt gaan beginnen moeten er een aantal zaken georganiseerd worden om er voor te zorgen dat het project goed verloopt.
Kijk nog eens goed naar de opdracht en de gestelde eisen aan de opdracht. - Wat moet je nu precies gaan doen? - Wat word er aan het einde van het project van je verwacht? Dit schema helpt bij het organiseren van je project.
Maak een overzicht van wat je wanneer af moet hebben. Dit schema helpt je bij stap 3.
De opdracht is in principe groepswerk en je krijgt dus ook een beoordeling per groep. In uitzonderlijke gevallen kan er besloten worden om hiervan af te wijken en er een individiuele beoordeling aan toe te kennen, maar alleen in overleg met de groepsleden en de docenten. Een individuele beoordeling is altijd lager dan de groepsbeoordeling!
De uitkomst van het project en het onderzoek moeten in ieder geval voldoen aan de S.M.A.R.T methode. De uitkomst van het onderzoek moet dus (...) zijn, - Speciefiek - Meetbaar - Acceptabel - Realistisch -Tijdgebonden
3. Planning en taakverdeling
Maak een taakverdeling binnen je team/groep. Het kost veel tijd en energie als iedereen elke stap doet. Het is slimmer om van te voren een taakverdeling te maken. Kijk eens naar de taakrollen van Benne & Sheats, bijvoorbeeld.
Maak een planning met de Groow-toolkit (de werkwijzer in fronter helpt hier ook bij) waarin je duidelijk aangeeft: - Wie wat doet (en waarom) - Wanneer moet iets af zijn - Bouw ook een check moment is, zodat iedereen in de groep het ook eens is met wat er ingeleverd wordt.
Er wordt bij dit vak een beroep gedaan op jullie zelfstandigheid, dat betekent in dit geval dus dat er ook thuis aan de opdracht gewerkt zal moeten worden. Dit huiswerk staat dus nergens in som of ITS, maar wel in jullie eigen planning.
Naast een beroep op jullie zelfstandigheid willen we ook een beroep doen op jullie verantwoordlijkheidsgevoel. Je werkt in een team en je bent dus ook met zijn allen verantwoordelijk voor het succes van het team. Overleg regelmatig met elkaar en geef elkaar feedback over het werk in het project niet over andere dingen; die zijn namelijk niet relevant voor het project.
4. Onderzoek (1) het onderzoeksprobleem
Zoals je ziet staat het onderdeel onderzoek twee keer in dit schema. Dat komt omdat er in elk onderzoek eigenlijk twee problemen te herkennen zijn: het onderzoeksprobleem (1) en het kennisprobleem (2)
Om iets te kunnen onderzoeken moet je bepalen wat je nu eigenlijk gaat onderzoeken. Hoe goed je onderzoeksvraag is, bepaalt de uitkomst van je onderzoek. Een slechte vraag levert namelijk altijd een slecht onderzoek op! (Maar een goede vraag helaas niet altijd een goed onderzoek!)
Als je weet wat je wil gaan onderzoeken, dan moet je jezelf de vraag stellen hoe je dit wil gaan onderzoeken. Nu past niet elke onderzoeksmethode bij elk onderwerp: stel je wil gaan onderzoeken hoe populair de Ring van Putten is onder basisschoolleerlingen in Spijkenisse, dan heeft een enquete afnemen in een bejaardencentrum in Groningen niet zoveel zin. Dit levert namelijk geen relevante data op. De vraag naar hoe je iets wil gaan onderzoeken heeft dus te maken met de vraag naar relevanta data.
Het onderzoeksprobleem is dus de vraag: hoe kom ik aan relevane data. Er zijn veel verschillende manieren om aan data te komen. Hieronder staat een (niet compleet) lijstje van verschillende onderzoeksmethodes: - Literatuuronderzoek (verschillende bronnen met elkaar vergelijken) - Interviews afnemen (maar wie ga bevragen? willekeurige voorbijgangers of experts) - Enquetes (hoeveel enquetes heb je nodig voor een valide resutaat?) - Veldonderzoek (observaties doen op locatie. maar op welke dag en tijdstip) - Experimenten -
The Big6. Welke methode je ook kiest er zijn altijd 6 stappen in je zoektocht naar data. 1) Welke informatie ga je zoeken 2) Waar ga je die informatie zoeken (niet alleen op het internet....) 3) Hoe ga je die informatie zoeken (onderzoeksmethode) 4) Resultaten bestuderen (wat heeft mijn onderzoek opgeleverd) 5) Resultaten organiseren (van nieuw naar oud) 6) Resultaten evaluren (op waarde analyseren)
5. Onderzoek (2) het kennisprobleem
Bij stap 4 heb je de vraag gesteld op welke manier je je onderzoek gaat doen. Bij het dit onderzoek moet je natuurlijk ook gaan kijken naar wat er al onderzocht is op dit gebied. Misschien is jouw onderzoek op een andere plek al een keer eerdedr gedaan, of is er een onderzoek gedaan wat te maken heeft met het jouwe. Ga dus op het internet op zoek naar vergelijkbare onderzoeken.
Bij het doorlezen van die onderzoeken kom je erachter dat het superbelangrijk is om belangrijke termen en begrippen te definieren. Dit is belangrijk om begripsverwarring te voorkomen. Stel je hebt het in je ionderzoek over 'jongeren'; wie bedoel je hier nu precies mee? Heb je het over de leeftijdcategorie 10-13 of over 15-17 of allebei? Om de betrouwbaarheid van je onderzoek te waarborgen moet je de gebruikte termen en begrippen vastleggen in een begrippenlijst.
6. Product
Naast het onderzoeksverslag (= verplicht) worden er per project een aantal producten gevraagd (deliverables). Dat kan natuurlijk per project verschillen, maar dit is altijd in overleg met de docent en de opdrachtgevers.
Verplicht: 1) het logboek (per week) 2) het onderzoeksverslag
Keuze: - Maquette / model / postercampagne - Onepager / Infographic - Of iets anders (maar altijd in overleg)
8. Beoordeling
Voordat het je aan het project begint zijn de beoordeelcriteria al bekend gemaakt, zodat je weet waar en hoeveel punten je kan behalen.
Voor project Feyenoord geldt de volgende verdeling: - Cijfer P3 (weging PTA =2) Tussenbeoordeling in week 10. - Logboek p3 (33%) - voorlopig onderzoeksverslag (33%) - Voortgangsgesprek / presentatie (34%) - Cijfer P4 (weging PTA =2) Eindbeoordeling in week 24. - Logboek p4 (10%) - Onderzoeksverslag (30%) - Product (40%) - Pitch / presentatie (20%)
Rubrics. De rubrics met de puntenverdeling vind je in de planner in Fronter/ITS
7. Pitch
Elk p-havo project wordt afgesloten met een presentatie of een pitch voor de opdrachtgevers. Het doel hiervan is dat jij de opdrachtgever wil laten zien wat je onderzocht hebt en hoe dat onderzoek helpt om het probleem op kan lossen (of hier een bijdrage aan te leveren).
In de pitch/ presentatie laat je dus je product zien en vertel je waarom je dit gemaakt hebt en hoe dit de opdrachtgever helpt om het praktische probleem op te lossen. Het is dus niet de bedoeling dat je je hele onderzoek gaat voorlezen! Het gaat om de conclusie ervan en het product wat er uit voortgekomen is.
Ondersteuning van je presentatie. Het help vaak als je je presentatie visueel ondersteund. Je kan een powerpoint maken of je presentatie op een andere manier ondersteunen. Maar let wel op het gaat om een hulpmiddel bij het verhaal en niet om de powerpoint zelf.
9. Reflectie op het project
Dan volgt nu de laatste stap in het project: de reflectie.
De reflectie heeft 2 doelen: 1) Terugkijken op je eigen handelen en 2) Feedback geven op het project
Scan de onderstaande QR code en vul individueel het reflectieformulier in
Onderzoeksschema